Archeologie, Musea en Behoud

Scheepskerkhof langs de Markermeerdijk

FVEN
EOC

Met de vondst van een gietijzeren ketel en een steengoed kruik in het wrak van een vissersschip voor de kust van Uitdam, is deze week weer een puzzelstukje van het scheepskerkhof in het Markermeer in kaart gebracht.

Archeoloog Jan-Willem Oudhof (directievoerder archeologie voor de Alliantie Markermeerdijken) is blij met de vondst. Hij spreekt van een ’botterachtig negentiende-eeuws vissersschip’. Eerder werden al scheepswrakken aangetroffen bij Hoorn en Warder.

Een gave kruik uit het vissersschip

 – Dijkversterking
Oudhof onderzoekt de archeologische bodemschatten langs de kust in het gebied waar de dijkversterking plaatsvindt (Van Hoorn tot Amsterdam). Dat is een wettelijke verplichting. Hij begon met bureaustudies en een sonaronderzoek dat in het onderzoeksgebied zo’n vijftig interessante zaken opleverde. ’Archeologische verwachtingen’ zoals dat wordt genoemd. Maar niet iedere verwachting leidde tot een ’bevalling’. Soms zijn het stapels stoeptegels of afgezonken matrassen die door duikers worden gevonden.

,,Je komt onnoemelijk veel tegen op de waterbodem’’, zegt Oudhof. Maar bij Uitdam was het wel raak. Daar doemden in de sonarbeelden, 35 meter uit de kust, de gangboorden van een schip op. Overdekt met slib, twee meter diep onder water.

Het scheepswrak is leeggezogen en de vondsten zijn aan land gebracht. Het schip is gedocumenteerd en blijft vooralsnog op zijn plek liggen. ’In situ’, in archeologentaal. Dat is gebruikelijk om vondsten te beschermen, want wie een wrak boven water haalt, moet het meteen conserveren en daar dan ook een bestemming voor hebben.

In het druk bevaren Markermeer en IJsselmeer zijn honderden wrakken te vinden. Sommige schepen werden moedwillig naar de kelder gejaagd. Dat gebeurde veel na de afsluiting van de Zuiderzee met de Afsluitdijk toen de visserij stilviel.

Lees het gehele artikel op de bron: NHD alleen voor abonnees

Foto’s: Jan-Willem Oudhof