Weervisserij erkend als immaterieel erfgoed
De weervisserij op de Oosterschelde wordt erkend als immaterieel erfgoed. Het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland (KIEN) heeft de ambachtelijke vismethode toegevoegd aan de inventaris.
Op de lijst staan een heleboel sociale gewoonten, tradities, uitdrukkingen in de taal, rituelen en ambachtelijke vaardigheden. Zeeuwse tradities als krulbollen en straô rieen kregen eerder al erkenning. Maar nu staat weervisserij ook in hetzelfde rijtje als bijvoorbeeld fierljeppen en het Brabants worstenbroodje.
De Weervisserij in de Oosterschelde is een vistechniek waarbij met behulp van een ‘Weer’ ansjovis wordt gevangen. Een Weer is een V-vormig staketsel in het water dat uit houten palen bestaat met aan het einde een fuik. Bij het vissen wordt gebruikgemaakt van de grote verschillen tussen eb en vloed. Er wordt gevist vanaf eind april tot medio juli.
Weervisserij staat onder druk. De laatste beroepsvissers stoppen over een aantal jaar. De Stichting Behoud Weervisserij wil vrijwilligers opleiden om deze bijzondere vorm van visserij te redden. De erkenning als immaterieel erfgoed moet hierbij ook helpen.
De aanvraag om erkenning te krijgen is ingediend met steun van de provincies Zeeland en Noord-Brabant en van de burgemeesters van Bergen op Zoom, Tholen en Woensdrecht.
Lees het gehele artikel op de bron: Omroep Zeeland