Nieuws

Schippers van weleer: Leendert Geerard ten Haaf

EOC
FVEN

Het verschil tussen Leen en zijn voorvaderen kan nauwelijks groter zijn als je naar hun schepen kijkt. Overgrootvader Ten Haaf voer een houten zeilscheepje van 18 ton, Leen, uiteindelijk, een motorschip van 4000 ton. Toch is de overeenkomst groot. Beiden hebben de Biesbosch in het bloed. Al is Leen nogal cynisch: ‘Wat mij betreft bestaat de Biesbosch niet meer.’

Het schippersgeslacht Ten Haaf voert terug tot 1700. Vier van de zes generaties deden Biesboschwerk. Ze vervoerden producten uit het getijdegebied, lokaal, van gorzen naar vaste wal. Riet, griendhout, graan en in het najaar bieten. Grootvader Ten Haaf voer tot 1940 een ijzeren zeilaakje van 26 ton. Vader Ten Haaf had een luxe motor van 100 ton, hij voer het riet de Biesbosch uit, naar afnemers in Waasmunster.

Toen het Deltaplan ontstond, wisten telers en vervoerders dat het afgelopen was. Leen ziet het met lede ogen aan: ‘Mensen die het niet van vroeger kennen vinden het prachtig.’ Zíjn Biesbosch is het niet meer: ‘Vader zei het al: het wordt een grote wildernis. Nu stikt het van onkruid en brandnetels. Maar ja, het is natuur. Dus “mooi” verklaard.’

Lees hier het gehele verhaal van Corine Nijenhuis 

Foto: Tewaterlating van de Variant in 1989, in 1992 verlengd naar 110 meter. (Foto familie Ten Haaf)