Restauratieplannen voor ‘unieke’ scheepstimmerwerf De Hoop
Scheepstimmerwerf De Hoop in Workum krijgt twee ton provinciale subsidie voor hun restauratieplannen. Dat is echter nog niet genoeg: in totaal moet er een half miljoen euro op het kleed komen om de historische plek op te knappen.
,,Het is nu niet zulk mooi weer, maar soms zie je de zon schitterend door de spleten in het hout heen komen”, vertelt Miks van Schelven als hij vanaf de balustrade in de timmerschuur door de ruimte kijkt. Van Schelven is voorzitter van Stichting Zwolsmans Scheepstimmerwerf De Hoop. Het is, wellicht onbedoeld, een treffende schets van de situatie. Een kiertje hier, een naadje daar; het is de charme van de schuur die al sinds eind van de achttiende eeuw op zijn plek staat.
,,Hij is de historicus”, wijst Van Schelven op medebestuurslid Gerben Groenhof. Een mini-college van beiden leert dat Juntien Reinders in 1694 een scheepswerf begint op het stukje land naast de zeesluis. De historie van De Hoop voert dus al ruim drie eeuwen terug. ,,Het is een unieke plek”, meent Van Schelven. Groenhof gaat een stapje verder: ,,Ik denk dat het de oudste bestaande werf van Nederland is.”
De laatste renovatie was in 1976, aldus Van Schelven. De jaren daarvoor was het complex in verval geraakt en het had destijds niet veel gescheeld of de werf was platgegooid om ruimte te maken voor parkeerplekken. Dat werd voorkomen, maar sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw is er geen groots onderhoud meer uitgevoerd. De tand des tijds is dus, onvermijdelijk, merkbaar.
,,Het dak is vrij slecht en de isolatie kan beter”, noemt Van Schelven als een paar ingrepen. De situatie is echter niet onwerkbaar, zo blijkt. ,,Er staan nu twee boten en er komen straks nog twee. Dan zitten we vol.”
Want de bedrijvigheid gaat door op De Hoop, zelfs al is er sinds het najaar geen werfbaas. ,,We verhuren de ruimte nu aan zzp’ers”, legt de voorzitter uit. Het bestuur intensiveert de zoektocht naar een nieuwe werfbaas als de boel opgeknapt is, en zeker ook het vervallen woonhuis. Daarbij kijken ze kritisch naar de nieuwe kandidaten, aldus Van Schelven: ,,We zoeken iemand die het leuke ervan inziet om op de oude manier te werken. Niet iemand die puur zakelijk schepen wil repareren. Hij moet liefde hebben voor deze plek en een goed netwerk hebben.”
En hij moet niet vies zijn van het betere ploeterwerk: ,,Soms zijn we hier een halve dag bezig om een boot op de kant te krijgen”, schetst Groenhof. ,,Op andere plekken wordt hij zo uit het water getakeld en komt ‘ie ook nog in een verwarmde schuur. Maar zo werd vroeger ook gewerkt”, gaat hij verder. ,,Onze missie is om het te houden zoals het was.”
De wens voor opwaardering van de werf en het werfhuis blijft. Het bestuur heeft een raming van de kosten gemaakt en komt uit op een som van bijna vijf ton. Daarvan is nu veertig procent binnen, maar voor de rest wendt de stichting zich tot fondsen en subsidieverstrekkers. Een restauratieplan ligt al klaar en werd al goedgekeurd door de gemeente.