Nieuws

Urk maakt zich op voor ‘Ansjooprace’ met traditionele botters

FVEN
EOC

Urk is dit weekend het toneel van een race met tien oude botters. Het gaat om de ‘Ansjooprace’, een naam die verwijst naar ansjovis. Deze vissoort was belangrijk voor Urk toen het IJselmeer nog Zuiderzee was. De race is bedoeld om geld op te halen voor de Stichting Urker Botter. Deze club vrijwilligers zet zich in voor restauratie en behoud van botterschepen.

“Tegenwoordig varen we met botters voor ons plezier. Maar ga je terug in de tijd, toen was dit voor vissers echt hun gereedschap”, vertelt Hans van den Brink enthousiast. Hij is een van de vrijwilligers bij de stichting. “Vissers waren er zes van de zeven dagen per week mee bezig. Dag en nacht. Ze stonden soms tot hun middel in de haring bijvoorbeeld.”

Dure aangelegenheid
Het in stand houden van de botters is een prijzige aangelegenheid, zo vertelt mede-vrijwilliger Albert van Veen. “Eigenlijk moet je wel tienduizend euro per jaar reserveren voor onderhoud. Dus daar gaat ontzettend veel geld maar ook een hoop vrijwilligerswerk in zitten.”

Zo is onlangs de UK12 voorzien van een nieuwe mast. “Dat was nog steeds de mast waarmee hij overvaren is in 2009”, legt Van Veen uit. Bij dat ongeluk in 2009 op het IJsselmeer overleed één bemanningslid en raakte de houten botter total loss. De Stichting Urker Botter adopteerde het schip en vrijwilligers hebben daarna bijna drie jaar aan de renovatie gewerkt. “We hebben toch wel wat mankementjes geconstateerd. En in de loop der tijd al wel eens wat reparaties gedaan”, zo zegt Van Veen over de mast. “Hij is nog goed in principe, maar uit voorzorg hebben we nu gezegd: laten we hem toch maar vervangen.”

Sponsorrace
Hoewel de ‘Ansjooprace’ zaterdag een wedstrijdelement kent, is dat niet het belangrijkste. Het is vooral een dag die draait om gezelligheid en het ophalen van geld. “De bedrijven die meevaren tijdens de wedstrijd, betalen daarvoor”, zo legt Ger Roeten uit. Hij is als vrijwilliger al jaren verbonden aan de stichting. “Het bedrag dat we binnenhalen, dat is waarmee we de schepen in stand kunnen houden en alle onkosten kunnen betalen.”

Lees het gehele artikel met video op de bron: Omroep Flevoland