Een uit de hand gelopen dagdroom
EOC magazine brengt een artikel over Wim Knol, eigenaar van Reederij de IJsel. Met drie antieke scheepjes verzorgt hij vaartochten door Gouda en Oudewater. Met een vierde schip wil hij een beurtvaart op Rotterdam beginnen.
‘Op zoek naar een ander schip stuitte Wim Knol jaren geleden in een vluchthaventje aan de Waal op een IJsselaak uit 1912. “Het was een wrak, van twee oude hippies die het ooit nog eens wilden opknappen. Ik kocht het voor een prikkie.”’
In Oudewater kreeg de aak een nieuwe naam: “Den Onthaestingh”. Daarmee werden dagtochten gevaren. En al gauw droomde Wim van een tweede schip.
Nieuwbouw
‘Hij stuitte op een Europese regeling ter stimulering van stads- en plattelandsverbindingen. Wim, oor[1]spronkelijk journalist en communicatiedeskundige, schreef een uitgebreid plan over eerherstel van de trekvaart in Nederland. Dat werd zo ruim gehonoreerd dat er niet één, maar twee trekschuiten moesten komen. Scheepsbouwkundig ingenieur Marijke de Jongh werd gevraagd een replica van de Oudhollandse trekschuit te ontwerpen die voldeed aan alle hedendaagse eisen. “Het was een botsing van de tijd. Een hele uitdaging.” Het schip, zestien meter lang, werd bij scheepswerf Bocxe in Delft gebouwd en gedoopt als “Jan Salie”. ‘
Rondvaarten door Gouda
Reederij de IJsel – ooit de naam van een roemruchte rederij die vracht en passagiers vervoerde tussen Gouda en Rotterdam – ging rondvaarten verzorgen door de Gouda grachten. Van de Museumhaven aan de Turfsingel werd naar het centrum gevaren, langs eeuwenoude grachtenpanden, de hooggelegen Visbanken en door de langste sluis van Europa tot waar vroeger het getijdenwater van de IJssel werd gebruikt om de grachten te spoelen. Die rondvaarten liepen niet, maar de “Jan Salie” voer gestaag door, en na verloop van jaren werden het geliefde rondvaarten ‘met een prachtig verhaal, gevaren en verteld door vrijwilligers.’
De tweede trekschuit werd een Friese snikke. Het scheepje, in vroeger tijden gebruikt voor de zeilende beurtvaart, was in slechte staat. Het werd gerestaureerd bij Bocxe. Onder de naam “Jan Compagnie” werd het de tweede trekschuit in Gouda.
Beurtvaart
‘De schare vrijwilligers bij de rederij was inmiddels zo gegroeid dat er best nog een vierde schip bij kon.’ Wim Knol schreef opnieuw een subsidieplan, ditmaal voor een beurtvaartverbinding tussen Gouda en Rotterdam, met passagiers als vracht en een verteller om de nautische historie levend te maken. Een passend schip – een boeier – is al gevonden.’
Het zou een mooie herhaling van de geschiedenis zijn: meer dan een eeuw geleden voer de eerste Reederij de IJsel met de ijzeren boeieraak “Vredebest” een beurtvaart op Rotterdam uit. De “Vredebest” werd midden jaren negentig door iemand uit de Goudse museumhaven zo goed mogelijk in de oude vrachtstaat gerestaureerd en ingericht voor dit soort vaarten. Na een aantal jaren werd het schip echter verkocht naar particulieren; de restaurateur zag het voor het laatst ruim tien jaar geleden rondzeilen in Friesland.
Lees het oorspronkelijke artikel van Corine Nijenhuis in EOC Magazine.
Foto: Reederij de IJsel.