Buitenland

Boekbespreking: ‘Atlas van vuurtorens aan het einde van de wereld’

FVEN
EOC

Op de website van Historiek vond ik een bijzondere bespreking van het boek ‘Atlas van vuurtorens aan het einde van de wereld’ van José Luis González Macías:

Afgelegen vuurtorens hebben iets mysterieus. Gelegen langs ruige baaien op de verste en meest desolate uithoeken op de wereld behoeden ze al eeuwenlang zeelieden voor rampen. Vuurtorenwachters zorgden er bij nacht en ontij voor dat de lamp bovenin hun toren brandend bleef, strijdend tegen de elementen én tegen eenzaamheid. Ze waakten, binnen de schimmige wereld tussen land en zee, als een soort van beschermengel over scheepvaarders en hun schepen.

Tegenwoordig zijn de ‘antieke’ lichtbakens meestal onbemand en geautomatiseerd of niet langer in gebruik. Als het bovenstaande je wat al te romantisch klinkt, dan heb je het boek Atlas van vuurtorens aan het einde van de wereld van de Spanjaard José Luis González Macías nog niet gelezen.

Het klinkt misschien gek, maar de auteur is eigenlijk helemaal geen vuurtorenkenner. Hij bekent in zijn korte voorwoord zelfs dat hij de vierendertig vuurtorens die hij in zijn boek behandelt nooit van dichtbij heeft gezien. Zijn vader verklaarde hem voor gek dat “een landrot” als hij zich aan dit project ging wijden. Het was vanuit zijn achtergrond als grafisch ontwerper dat hij hieraan begon. Voor het maken van een albumhoes voor een Spaanse band, waarop vuurtoren op asteroïden rondzweven, deed hij studie naar de vele verschijningsvormen van de torens. Het verhaal over een uitgestorven Nieuw-Zeelands vogeltje in relatie tot de vuurtoren op Stephens-eiland in de Grote Oceaan (de kat van de vuurtorenwachter was de schuldige) deden in hem het vuur verder ontsteken.

Vuurtoren van San Juan de Salvamento

Gedurende coronatijd werkte José Luis González Macías twee jaar lang aan zijn boek, waarvoor hij zelf de illustraties verzorgde. Dat hij dit vanuit de geborgenheid van zijn eigen huis deed, dus zonder af te reizen naar de beschreven locaties, beperkte hem niet.

Elke door hem uitgekozen vuurtoren, waarvan de meeste zich bevinden in het Verenigd Koninkrijk en Noord-Amerika, wordt door Macías volgens een vast concept besproken. Na een pagina met daarop het verhaal volgt een pagina met een door hem getekend sfeerbeeld van het bouwwerk. Daarna wordt een pagina gevuld met een vereenvoudigd vooraanzicht van de toren (of torens, als er meer dan één op dezelfde locatie heeft gestaan) plus enkele feiten, zoals de architect, het bouwjaar, de torenhoogte en de actuele status. Een pagina met een overzichtelijke geografische kaart van de locatie sluit elke beschrijving af.

Het is interessant om te zien dat naast de ons bekende conische verschijningsvorm er verschillende varianten zijn die zich minder makkelijk laten herkennen. De eerste toren die in 1696 op het eiland Eddystone in het Nauw van Calais werd gebouwd, lijkt meer op een sprookjesachtig theehuisje, terwijl de vuurtoren van San Juan de Salvamento doet denken aan een kleine circustent of Mongoolse yurt.

Lees het uitgebreide artikel met alle info op de bron: Historiek

Afbeelding: De vuurtoren op het eiland Lime Rock voor de kust van Newport op Rhode Island. De kleinste in het boek beschreven vuurtoren. – Sfeerbeeld van José Luis González Macías (Uitgeverij J.M. Meulenhoff)