Archeologie, Musea en Behoud

Wrak van Batavia onthult hoe Nederlanders aan hun hout kwamen

FVEN
EOC

Terwijl andere landen kampten met houttekorten voor de bouw van hun schepen, had de Nederlandse Republiek hout te over. En nu begrijpen we beter waarom.

Eén van de bekendste VOC-schepen uit de roemrijke 17e eeuw is zonder twijfel de Batavia. Dit Nederlandse pronkstuk werd tussen 1627 en 1628 op de Peperwerf in Amsterdam gebouwd. Maar een lang leven was het schip niet beschoren. Op zijn eerste reis, in juni 1629, verging de Batavia op Morning Reef, gelegen aan de Australische westkust. Onderzoekers hebben zich in een nieuwe studie over het vergane scheepswrak gebogen. Want het hout waarmee dit schip zo’n drie honderd jaar geleden gebouwd werd, geeft interessante informatie prijs over de Nederlandse zeevaartoverheersing.

Vraagteken
Een groot vraagteken is echter hoe Nederland, een klein landje zonder veel binnenlandse middelen, erin slaagde om uit te groeien tot zo’n grote hoofdrolspeler in de internationale zeevaart. “Het gebruik van door wind aangedreven zagerijen werd rond het midden van de 17e eeuw gemeengoed in de Nederlandse Republiek,” zegt onderzoeker Wendy van Duivenvoorde. “Dit stelde de Nederlanders in staat om ongekende aantallen zeeschepen te bouwen voor hun lange tochten en interregionale handel in Azië. Maar hoe organiseerden zij de bevoorrading van zo’n intensieve scheepsbouwactiviteit? Het ontbrak de Republiek zeker aan eigen hout.”

Houttekort
Het betekent dat er eigenlijk maar weinig bekend is over de houtsoorten die de Nederlanders in staat stelden hun zeeschepen te bouwen en de internationale handel te domineren ten opzichte van concurrenten in Frankrijk, Portugal en continentaal Europa, die overigens allemaal kampten met houttekorten. Voor de bouw van schepen ging namelijk de voorkeur uit naar eikenhout. Maar de zeevarende naties hadden grote moeite om voldoende aanvoer te garanderen om in hun behoeften te voorzien en hun steeds groter wordende vloten te onderhouden. “In de 17e eeuw hadden alle grote maritieme naties – denk aan Engeland, Spanje en Portugal – moeite om aan hout te komen om hun schepen mee te bouwen,” legt Domínguez Delmás uit. “Geen van hen beschikte over binnenlandse voorraden en daarom importeerden ze hout uit beboste gebieden uit Scandinavië, Polen en de huidige Baltische republieken. De Portugezen en Spanjaarden begonnen zelfs hun schepen in hun koloniën te bouwen. Dat heeft de VOC nooit gedaan; zij bouwden hun schepen alleen op de Nederlandse scheepswerven.”

Lees het gehele artikel op de bron: Scientias

Afbeelding: de echte Batavia foto: Patrick E. Baker, Western Australian Museum