Lezing ‘De HAL in de Hoek’ aan boord van het ss Rotterdam
Wederom organiseert Vereniging “de Lijn” samen met het ss Rotterdam in het winterseizoen lezingen. Op de laatste zaterdag van de maanden november, december, januari, februari en maart zijn er lezingen aan boord van het s.s. “Rotterdam” over de geschiedenis van de Holland-Amerika lijn (HAL ).
De lezingen beginnen om 14.00 uur; ss Rotterdam zorgt voor koffie en thee. De toegang is gratis en iedereen is welkom. De lezing van 26 januari 2019 heeft als thema “De HAL in de Hoek” en handelt over de periode dat de HAL-schepen aanlegden aan een steiger in Hoek van Holland. Gastspreker: Henk van der Lugt (oud-stuurman van de HAL).
Vanwege buitenlandse concurrentie was de Holland Amerika Lijn omstreeks 1895 genoodzaakt nieuwe en grotere schepen te bestellen. Dit werden de ROTTERDAM en de STATENDAM die respectievelijk in 1897 en 1898 in de vaart kwamen. Beide schepen waren aanzienlijk groter dan de schepen die de H.A.L. op dat moment bezat en waren zo succesvol dat reeds in 1898 drie nog grotere schepen besteld werden. Deze zouden in 1900, 1901 en 1902 in de vaart komen als respectievelijk POTSDAM, RIJNDAM en NOORDAM.
Probleem was echter dat de Nieuwe Waterweg niet diep genoeg was waardoor deze schepen niet volledig konden afladen. Na onderhandelingen met de HAL liet de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij in 1903 een steiger bouwen in Hoek van Holland die vervolgens voor 30 jaar aan de HAL werd verhuurd. Indien nodig konden de binnenkomende schepen aan de steiger afmeren waar de passagiers konden debarkeren en verder reizen per trein. Ook kon lading gelost worden om de diepgang te verminderen.
Na de eerste wereldoorlog was de diepte van de Waterweg zodanig verbeterd dat de HAL schepen in de jaren 20 nog maar sporadisch gebruik hoefden te maken van de steiger. In 1932 nam een fruitoverslagbedrijf het huurcontract over van de HAL en reeds in 1933 was Hoek van Holland de grootste fruit-importhaven van heel Europa. De 2e wereldoorlog maakte een eind aan Hoek van Holland als fruitoverslag haven.