Nieuws

De werven van Boele deel 3: tussen twee Wereldoorlogen

FVEN
EOC

Wie zegt er dat scheepswerven saai zijn? Alleen al tussen 1915 en 1940, bij één bedrijf: een brandende scheepshelling, een werfterrein dat als Doornroosje wakker gekust wil worden, een speculerende werfbaas, het eerste volledig gelaste schip (ja, vóór de oorlog al!), een koninklijk jacht dat door de Sovjet-Unie de grond in wordt geboord. En alsof dat nog niet genoeg is: brandend ijs op de Nieuwe Maas!

In het derde artikel van Jan Sepp over de werven van Boele pakt hij de draad op in 1914. In dat jaar brak de Eerste Wereldoorlog uit. Nederland bleef neutraal. Economisch kreeg ook ons land een forse optater. We moesten voorzichtig opereren, zodat niet één der strijdende partijen ons kan beschuldigen van het bevoordelen van de tegenstander, en ons daarom alsnog de oorlog zou verklaren. Onze twee grootste handelspartners, Duitsland en Engeland, vielen weg. Vanaf 1916 was er op de binnenlandse markt bovendien schaarste aan van alles dat geïmporteerd moest worden.

Tot 1914 zijn zowel de werf P. Boele Pzn in Slikkerveer als Boele en Pot in Bolnes gespecialiseerd in nieuwbouw en reparatie van schepen voor de Rijnvaart en de binnenlandse vaart. Vanaf 1914 worden bij Boele en Pot ook zeeschepen gebouwd.

Je vindt het allemaal in het derde artikel van Jan Sepp over de werven van Boele

Afbeelding: Stichting Oud-Ridderkerk.