Nieuws

Chinese onderkruipers – De eerste Chinese arbeiders in de Rotterdamse haven

FVEN
EOC

In de ochtend van 17 juni 1911 zagen verbaasde toeschouwers op de Rotterdamse Boompjeskade hoe het stoomschip Batavier III, dat een veerdienst onderhield met Londen, zich met behulp van de sleepboot Veritas langzaam tegen de kade manoeuvreerde. Op zich was dat niks bijzonders, de Batavier was een vertrouwde verschijning in dit oude deel van de haven, en het leek op een gewone ontscheping, maar deze ochtend gebeurde er iets wat afweek van de dagelijkse routine.

De Batavier lag nauwelijks tegen de kaderand of de sleepboot kwam langszij het schip te liggen. De mensen aan de wal zagen hoe tien, twintig mannen zich met behulp van een uitgeworpen touwladder haastig op het dek van de Veritas lieten zakken. Uiteindelijk stonden er 26 kleine, tengere mannen dicht opeengepakt op het dek van de sleepboot. Zodra de laatste man aan boord was, wendde het bootje de steven en verdween met de stroom mee uit het zicht, richting de Kop van Zuid. Op dat moment besefte geen mens op de kade waarvan hij zojuist getuige was geweest.

Chinese onderkruipers
“De reden van hun komst was een grootscheepse havenstaking die in Rotterdam en Amsterdam was uitgebroken.” De mannen die met de sleepboot waren afgevoerd waren Chinese zeelieden, afkomstig uit de provincie Kanton, die van daaruit via de rederij van de Ng’s op westerse schepen in Engeland waren beland. Enkele dagen voor hun geheimzinnige aankomst in de Rotterdamse haven waren ze aangeworven in het Londense Chinatown, en de bedoeling was dat ze dienst zouden gaan doen als stokers en kolentremmers op de schepen van rederij de Rotterdamsche Lloyd. De reden van hun komst was een grootscheepse havenstaking die in Rotterdam en Amsterdam was uitgebroken. Zeelieden in beide steden hadden het werk neergelegd en eisten betere arbeidsomstandigheden en hogere lonen. De zeeliedenbonden wisten zich gesteund door hun achterban en waren verzekerd van de solidariteit van de bootwerkers, ze voelden zich dus sterk genoeg om hun werkgevers onder druk te zetten. Bovendien was er een internationaal aspekt aan de staking: zowel Engeland (daadwerkelijk) als België (in theorie) sloten zich bij de actie aan.

In het vandaag verschenen boek ‘Lang leven. Het familieverhaal achter een Chinese toko’ (Ambo|Anthos) vertelt Karina Meeuwse het verhaal achter het grootste Chinese warenhuis van West-Europa, Toko Dun Yong, en verweeft daarmee ook de grotere geschiedenis van Chinese immigranten in Nederland. Ergens in het jaar 1912 verliet de zestienjarige Dun Yong Sau zijn dorp in China en begon een lange reis op weg naar een beter bestaan. Ruim zestig jaar later hebben zijn kinderen en kleinkinderen van Toko Dun Yong een imperium gemaakt; een vijf verdiepingen tellend Aziatisch warenhuis met kookstudio, trendy foodstore en groothandel die wereldwijd zaken doet. Het succesverhaal van drie generaties Dun Yong loopt parallel met de roerige geschiedenis van de Chinezen in Nederland.

Op Historiek een fragment uit het boek over de eerste Chinese arbeiders in de Rotterdamse haven.

Afbeelding: De Rotterdamse haven in 1899 , Publiek domein/wiki